Strandbungalows, hoe nu verder?

Deze week werd het al dan niet toestaan van strandbungalows besproken in een commissievergadering van de Zandvoortse gemeenteraad. Het zorgde voor een aantal felle discussies, waarin de VVD aangaf tegen dit voorstel van het College te zijn. Hoe zit dit? De VVD was toch altijd voorstander de strandbungalows?

Laat helder zijn: De VVD staat voor het bieden van ruimte aan ondernemers, is van mening dat strandbungalows zorgen voor een nieuwe toeristische doelgroep en gelooft dat dit zorgt voor meer verblijfstoerisme in Zandvoort. Broodnodig voor het toerisme en daarmee voor meer banen voor hardwerkende Zandvoorters. De stem tegen dit huidige collegevoorstel is dan ook niet een stem tegen het idee van strandbungalows, maar tegen de manier waarop het college dit wil bereiken. De VVD gelooft niet meer dat strandbungalows op deze manier bereikt kunnen worden. Door de handelswijze van de afgelopen 2 jaar is het draagvlak onder omwonenden compleet weggevallen.

Even terug in de geschiedenis. In 2013 stelt de gemeenteraad de nota verblijfsaccomodaties vast. Met deze nota wil de gemeente het verblijfstoerisme vooruit helpen, onder andere door strandbungalows toe te staan. In eerste instantie door 24 bungalows te plaatsen op het bufferstrand. Na een amendement van de VVD besluit de gemeenteraad dat kleinschalige bungalows ook mogelijk moeten zijn bij de huidige paviljoens, na toetsing van onder andere het draagvlak. Volgens het bestemmingsplan is overnachten op het strand niet toegestaan. In de nota wordt aangegeven wanneer van dit bestemmingsplan kan worden afgeweken: de zogeheten toetsingscriteria.

Een tijd later, inmiddels zit er een nieuw college, dient het eerste paviljoen een aanvraag in voor een zestal strandbungalows. Er ontstaat kritiek bij omwonenden: hen is niks gevraagd. Het College krijgt koudwatervrees en besluit de vergunningaanvraag te weigeren. Volgens het College is er te weinig participatie geweest over de toetsingscriteria en zouden die moeten worden ingetrokken, om na een nieuw participatietraject opnieuw te worden vastgesteld. De VVD is hier kritisch over. Een eerlijke ondernemer, die meent te voldoen aan alle geldende regels en criteria, wordt zwaar gedupeerd. Maar ook de omwonenden wordt geen recht gedaan. Hen zou per locatie gevraagd worden wat zij er van vinden. Dit is door het College ten onrechte nooit gedaan. Dit hoewel de tekst van het amendement uit 2013 duidelijk maakt dat strandbungalows mogelijk moeten zijn ‘met raadpleging vooraf van alle betrokkenen ter zake.’

Het participatietraject over de nieuwe toetsingscriteria verloopt niet goed. Veel omwonenden zijn ronduit tegen de komst van elke strandbungalow, anderen willen bepaalde stranddelen uitsluiten. Dit gaat veel verder dan de inhoud van de toetsingscriteria, waar het traject over zou gaan. Het College vraagt de gemeenteraad of ook deze input mag worden gebruikt bij een nieuw voorstel. Dit lijkt sympathiek, maar is niet goed voor het participatietraject. Immers; als bekend was dat de participatie ook mocht gaan over zonering en het hele principe van strandbungalows, waren er wellicht mensen komen inspreken die nu thuis waren gebleven. Of hadden insprekers zich anders voorbereid. Het College had op dit moment een nieuw participatietraject kunnen starten, zodat elke inspreker weet waar hij of zij aan toe is. Helaas nam men die suggestie van de VVD niet over. Door o.a. dit onjuist verlopen participatietraject verliest de VVD op dit moment het vertrouwen in het realiseren van de strandbungalows. Een ruime meerderheid aan partijen is dat tijdens een commissievergadering met de VVD eens. Na een korte schorsing en overleg in de achterkamertjes zijn de coalitiepartijen CDA en OPZ plots wel weer voor de verdere uitwerking van een voorstel door het College.

Dat voorstel ligt nu voor. De 24 bungalows op het bufferstrand worden geschrapt en voor de rest van het strand geldt een aangepaste zonering. Sommige strandtenten mogen wel, en andere niet. Dit tast het gelijkheidsbeginsel aan. Volgens de VVD is het van belang dat elke ondernemer gelijke kansen heeft, een gelijk speelveld. Door bepaalde stranddelen op voorhand uit te sluiten, blijft er van dit ‘gelijke speelveld’ niks over. Dit is een belangrijke reden waarom de VVD tegen het voorstel is.

Een andere reden is dat met de belangrijkste bezwaren van insprekers niets is gedaan in de toetsingscriteria. Zo is bijvoorbeeld geen eis opgenomen over een maximaal aantal vervoersbewegingen. Ook is geen voorwaarde gesteld over bijvoorbeeld 24-uurstoezicht. Door in de toetsingscriteria niet tegemoet te komen aan enkele van de grootste zorgen, heeft het College een kans laten lopen het draagvlak te doen toenemen. Dit terwijl draagvlak essentieel is bij dit soort controversiële beslissingen. Ten slotte is nog steeds nagelaten de eis uit het amendement uit 2013, raadpleging van betrokkenen vooraf, te verwerken. Omwonenden worden dus in de toekomst niet meer geraadpleegd, waarmee de aanleiding voor deze hele discussie niet is opgelost.

Doordat het draagvlak onder omwonenden vrijwel ontbreekt en het College onvoldoende heeft gedaan dit te vergroten, door een onduidelijk en zwalkend proces, door het ontstaan van willekeur en door het nog steeds niet raadplegen van omwonenden per locatie kan de VVD niet anders dan concluderen dat het College gefaald heeft in het realiseren van strandbungalows. En zijn we na drie jaar weer terug bij af.

Volgens de VVD kan dit voorstel dan ook het beste de prullenmand in. College en raad zullen moeten nadenken hoe nu verder. Wat de VVD betreft blijft de ambitie om strandbungalows op het strand te realiseren. Dit kan het beste door het proces opnieuw te starten en hierbij de ‘koninklijke weg’ te bewandelen. Geen nota meer om af te wijken van het bestemmingsplan, maar het wijzigen van het bestemmingsplan zelf. Door dat traject te volgen, nemen we alle belanghebbenden, ondernemers en omwonden, serieus. Bovendien is het beleid daarna grondiger verankerd, waardoor zowel ondernemers als omwonenden weten waar aan ze toe zijn.